Geen update meer sinds Cusco: dat is niet echt fraai. Want ook al ben ik op het moment in Baños de Agua Santa, in het hart van Ecuador, in de tussentijd ben ik in Lima geweest en heb ik ook nog twee weken aan het strand van Ecuador gehangen.
Maar nu ik al een tijdje in Ecuador ben, kan ik goed terugblikken op Peru waar ik voor het eerst in m’n leven was. Want hoe mooi het land ook is (echt!) en hoe goed het eten (omnom!), er zijn een paar dingen waar ik me goed aan heb geërgerd! En die dingen ga ik gewoon met jullie delen. Want: het leven is geen bitterbal, ook al lijkt dat soms wel zo als je de Instagram-feed bekijkt van iemand die op reis is. En dus een blog waarbij jullie naderhand denken ‘Godzakkes wat is Nederland toch ook een prachtland, I LOVE LIVING HERE!’ (Of althans, het eerste deel van het blog.)
Irritaties in Peru
- In Cusco baan je je een weg door vrouwen die ‘massage massage miss just 20 soles one hour’ roepen. Er staan er tientallen rondom Plaza de Armas en hoe ongeïnteresseerd je ook kijkt, of al loop je er voor de tiende keer die dag langs, het blijft ‘massage massage’. Een vriend uit Cusco vertelde me dat ze ontslagen worden als ze geen ‘massage’ zeggen tegen iedere toerist die langsloopt. (Mijn twee Australische vrienden van de Salkantay-trek besloten beiden ná de trek een welverdiende massage te nemen en werden ook nog eens opgelicht. Ze hadden 30 soles per persoon afgesproken, maar dit was na de massage toch ineens 50 soles.)
- Sowieso is het er een groot jewelste van oplichters in Cusco, want ik liet op aandringen van een local toch maar mijn behoorlijk donkere schoenen poetsen (ze waren ooit wit). Na één schoen volledig wit te hebben gemaakt met een of ander wondermiddel, zei de beste man dat het toch 35 soles ging kosten (want: dat wondermiddel) in plaats van de oorspronkelijke TWEE soles. Uiteindelijk heb ik, na flink onderhandelen, 10 soles betaald. Ook stikt het er op het plein van de mannen en vrouwen die met een grote map vol tekeningen lopen. Ze proberen je eerst een tekening aan te smeren (‘nee bedankt’) en daarna zeggen ze: weed, cocaïne maybe? Je wordt echt helemaal knetter van deze mensen, dus wat ik je wil meegeven is… ja, Plaza de Armas is mooi, maar ga er 1x goed heen en loop er daarna met een grote boog omheen.
- In de hele binnenstad stikt het van de vrouwen in traditionele gekleurde kleding, die ergens zitten te breien met een lama naast zich of een babygeitje op schoot. Hartstikke pittoresk natuurlijk, maar neem niet zomaar een foto van ze, want dat is hun verdienmodel. Dat breien doen ze voor de show, en neem je toch zomaar een foto dan is het betalen maar. Als je toch een foto met ze wil, onderhandel dan goed, want voor je het weet word je naderhand ook opgelicht. (Kijk ook uit met het nemen van een foto van een lama, want als de eigenaar de hoek om komt dan zal die ook cashen.) Mij werd gelijk op dag 1 door Nardu verteld hoe de vork in de steel zat, dus ik heb nergens een foto van gemaakt <3
- Overal wordt tot vervelens toe met je geflirt. Toen ik net aankwam in Cusco kreeg ik het ene na het andere Facebook-vriendschapsverzoek. Vaak van mensen die ik niet eens kende, maar van vrienden van vrienden. Ik had dit eerst niet door (ik was namen vergeten van wat mensen die ik had leren kennen), maar als iemand een gesprek met me begon vroeg ik eerst: waar kennen wij elkaar van? Soms dan gaven ze gewoon toe dat ze me niet kenden, maar wilden alsnog verder praten (joe!). Een jongen had zelfs het lef om, een paar dagen nadat we elkaar hadden ontmoet en drie zinnen met elkaar hadden uitgewisseld (!), te vragen of hij niet naar m’n hotel kon komen omdat hij me zo miste. Me missen? Schei uit. Ik ken je niet, scheer je weg! Block, delete! Op straat in Lima begon een vreemde onlangs een praatje met me en bleef behoorlijk lang naast me lopen, tot ik hem vroeg waar hij heenliep. Toen hij me een drankje aanbood en ik daar vriendelijk voor bedankte, veranderde de sfeer onmiddellijk en besloot hij het gesprek te eindigen met ‘I’ve got a big dick’. M’n antwoord: ‘Good for you.’ De groeten. Rot op.
- In Lima is het verkeer AB-SO-LU-TE terreur. Ik dacht dat ik met Bogotá al behoorlijk wat gezien had qua fileproblemen, maar deze stad spant de kroon. Een ritje dat er op Google Maps uitziet als zo’n 15 minuten, is in deze stad al snel een uur. Sommige kruispunten staan muurvast en op de verkeerslichten zit zelfs een digitale klok die het aantal seconden aftelt naar het moment dat het stoplicht weer op groen springt. Dit is soms meer dan 2,5 minuut. Uitzichtloos!
- Hoe je het ook wendt of keert: in dit land voelde ik me vooral gezien als een zak geld. Toen ik tijdens mijn trek bijna de verkeerde (en veel duurdere!) trein had geboekt, zei mijn guide letterlijk: ‘Ach, je hebt toch genoeg geld…’ Het is vrij absurd om te merken hoe prijzen ineens kunnen stijgen zodra winkelmedewerkers van hun toonbank in je blauwe ogen kijken. In de mini-markets heeft sowieso amper iets een prijslabel, dus je moet je altijd goed afvragen wat je bereid bent ergens voor te betalen. Natuurlijk blijft het land een stuk goedkoper dan Nederland, maar bedenk je wat iets waard is in Peru. (Mijn vriendin Clarissa vertelt op reis nooit dat ze manager is van een spa, maar zegt altijd dat ze schoonheidsspecialiste is. Als manager wordt namelijk ineens van je verwacht dat je de hele avond rondjes drank kunt halen. Joejoe!)
- Taxi’s in Lima zijn, net als in Colombia, een risicootje. Bestel dus als het kan een Uber, maar als het even niet anders kan en je stapt toch in een taxi, doe dat dan in een officiële taxi met een bordje bovenop de auto. Er zijn ook veel taxi’s die niet geregistreerd zijn; die hebben een sticker op hun raam met ‘taxi’, maar zodra ze ergens politie zien dan wordt die sticker er even tijdelijk afgehaald. Voelt niet lekker. Tip om je extra veilig te voelen: zorg dat je je maps.me-kaarten gedownload hebt in de app om een offline routekaart te gebruiken. Voer je eindbestemming in en controleer onderweg of je de goede kant opgaat. Ik ben altijd veilig aangekomen, maar het geeft een veilig gevoel.
Oké genoeg gezeurd! Wat ik wel onwijs tof vond in Lima was de avond dat Clarissa en ik besloten om naar een écht goed restaurant te gaan. Peru heeft een waanzinnige keuken, en er zijn meerdere sterrenrestaurants te vinden. Central en Maido (beide in Lima) staat zelfs in de top 10 van de ‘beste restaurants ter wereld’-lijst. Nou, we zijn niet naar een van die twee gegaan, maar naar het zusje van Central: Kjolle. Dat restaurant wordt bestierd door de echtgenote van de eigenaar van Central én zit ernaast! Dus daar konden we in ieder geval even naar binnen kijken. In onze meest chique kleding (je bent toch op reis), namen Clarissa en ik namen na lang overwegen het proefmenu. Negen gangen en een amuse. Waanzinnig! Goed besteed geld :)
De bus van Lima naar Montañita, Ecuador
Dertig uur met drie verschillende bussen. Het leest zoals het is. Heel. Erg. Lang. Gelukkig stond Clarissa bij de laatste stop op me te wachten, en reden we de laatste drie uur gezellig samen van Guayaquil naar Montañita: een klein plaatsje aan de kust van Ecuador.
Montañita
Montañita ís een klein plaatsje aan de kust van Ecuador, daar is niets aan gelogen. Maar toen Nardu mij, Clarissa en onze twee vriendinnen uit Buenos Aires Jamila en Rosalia had overgehaald om de twee weken rondom Oud & Nieuw hier te spenderen, had ze wel wat informatie achtergehouden. Het is er namelijk 24/7 party. Denk: op elke locatie zes verschillende soorten muziek door elkaar, overal neonlichten, voor elk restaurant iemand die je in rap Spaans naar binnen probeert te praten, een cocktailstraat met dertig cocktailbarretjes, als het er niet meer zijn, en dan ook nog al die dronken mensen. Ik zou Montañita waarschijnlijk het Lloret de Mar van Ecuador hebben genoemd. Maar dan in het klein, want Montañita heeft echt maar een paar straten.
Kerst vierde ik hier met Clarissa. Een zielige Clarissa, want die had bedbugs opgelopen in de bus (!) naar Guayaquil en haar hele rug zat onder de pijnlijke donkerrode bulten. Omdat ik na 2 dagen heel veel gekke bultjes op m’n benen had, raakte ik in paniek, maar later bleek dat ik waarschijnlijk was aangevallen door wat zandvlooien. Ook gezellig. Kerst was mild! Het is sowieso altijd vreemd voor mij om kerst te vieren in een warm klimaat (de laatste keer was toen ik 18 was in Australië met zandsculpturen van de kerstman op het strand), maar Montañita was rond deze dagen behoorlijk uitgestorven.
Nardu zou kerstavond eigenlijk met ons vieren, maar ze besloot op het laatste moment toch met haar ex-vriend Kuntur en zijn familie in Guayaquil te blijven. Op deze noodlottige avond verloor Kuntur haar tasje met daarin haar paspoort en omgerekend zo’n €200 aan cash (is een teken van het universum – GA VOOR ALTIJD BIJ HEM WEG – ooit zo duidelijk geweest?). En dus kwam Nardu niet naar Montañita op 1e en 2e kerstdag; ze moest uitzoeken hoe en waar ze een nieuw paspoort aan kon vragen. (Inmiddels is haar paspoort door iemand gevonden en kan ze ‘m ergens in de komende dagen ophalen; anders had ze een nieuw paspoort moeten aanvragen in Lima of Bogotá. Dat had niet in Quito gekund, de hoofdstad van Ecuador. Bizar toch?)
Op 27 december was de dag van de grote reünie! Jamila en Rosalia waren all the way from Buenos Aires gekomen om twee weken met ons door te brengen, en ook Nardu kwam die avond aan. Wat een geluk! We trapten gelijk af met wat cocktails om de hereniging te vieren. De dagen voor Oud & Nieuw gingen we veel uit, en ontmoetten we in een club drie jongens die zo gezellig (en niet opdringerig of flirterig) waren dat we twee dagen met hen doorbrachten op stranden buiten Montañita: rust!
Oud en Nieuw was leuk. We hadden bijna allemaal een nieuwe outfit gekocht en proostten ons een ongeluk. De jongens van de dagen ervoor hadden een año viejo gekocht: een pop van papier-maché. Die pop staat in Ecuador symbool voor ‘bad spirits’ en het is traditie om de pop na middernacht te verbranden, om zo alle negativiteit in het oude jaar te laten. Bijzonder. (Nu moet ik niet doen alsof ze gek zijn, want Jamila, Rosalia en ik droegen alledrie een gele onderbroek voor geluk in het nieuwe jaar hahaha.) Om 00:00 stonden we op het strand, zagen we tientallen wensballonnen de lucht in gaan en knalde het dorp uiteen van het vuurwerk. Maar wat een geluk met zoveel fijne vriendinnen om me heen!! #blessed
De tien dagen na O&N waren goed. We verhuisden op 2 januari van onze kamers aan de hevige partystraat (pff) naar een mooie ruime gedeelde kamer met uitzicht op zee. Zónder knallende muziek. Thank god. Én! We maakten een paar dagtrips. Zo gingen we naar het national park Los Frailes, een park aan de zee met schitterende stranden. Ik had de hele avond ervoor gehoest en geblaft als een stervende hond, en ging tijdens de busrit erheen bijna over m’n nek van slaapgebrek, en dus gingen Jamila en ik rechtstreeks naar het strand terwijl de anderen een hike deden. Ik smeerde mezelf van top tot teen in met zonnebrand (dacht ik) en viel in slaap onder een parasol. Jamila maakte me wakker om te zeggen dat ik aan het verbranden was en dus verplaatsten we naar de schaduw. De dag erna bleek inderdaad dat m’n enkels bordeauxrood waren. (Het is inmiddels aan het vervellen, maar het kleurverschil ziet er idioot uit.) Hoe dan ook was het een fijne dag waarin ik goed bijkleurde!!!!! Want je huid wil ook wat!
Onze tweede dagtrip was drie dagen geleden, toen we naar Dos Mangas gingen (we = iedereen min Clarissa die twee dagen ervoor weer richting Peru was vertrokken). Dos Mangas is een prachtig stuk jungle met bamboe, bananenbomen en twaalf natural pools. Na de tweede dag van de Salkantay-trek is eigenlijk iedere wandeling een grap, en dus waren we in een vloek en een zucht bij de pools. Fijn om weer even uit het hysterische Montañita te zijn. We badderden wat af, namen wat leuke foto’s en waren te moe en dood voor een laatste afsluitende cocktail.
Guayaquil
Eergister namen we (Jamila, Rosalia en ik) afscheid van Nardu, die nog een paar dagen in Montañita blijft, en brachten we de dag door in Guayaquil. Dat is dus met 3 miljoen inwoners de grootste stad van Ecuador! En niet Quito, de hoofdstad, gek! Er is trouwens geen enkele reden waarom je nu in Nederland zou moeten denken: misschien moet ik eens een bezoekje brengen aan Guayaquil. Het klimaat is niet leuk (nat en warm), er is niets bijzonders te zien, het is niet mooi. In de avond liepen we met z’n drietjes zelfs door zo’n luguber stukje stad dat ik er nog steeds naar van ben als ik eraan denk. Denk aan een verlaten overdekt stuk markt met alle rolluiken dicht, wat TL-lichten aan, overal vuilnis, wat mensen gravend in vuilnis, een dozijn ratten en wat dronken proostende mensen. Het is dat we met z’n drietjes waren, anders had ik direct rechtsomkeert gemaakt.
Baños
Maar gister kwam er ook een eind aan dat samenzijn. Jamila en Rosalia zijn teruggegaan naar Buenos Aires, en ik pakte de bus van Guayaquil naar Baños (6,5 uur – eitje). Ik was eerst van plan hier niet heen te gaan, maar op aanraden van een flink aantal mensen ben ik er toch. Er zijn hier veel watervallen, sportactiviteiten (raften, kanoën, rotsklimmen) en er zijn thermale baden. Ik zit hier op bijna 2000 meter hoogte tussen het groen, en het is hier overdag niet veel warmer dan 5 graden; heel anders dan Montañita.
Het is gek om weer in m’n eentje te zijn na twee weken alleen maar lol en vertier om me heen, maar ook wel even rustig. Ik heb m’n eigen kamertje. Heb voor het eerst in lange tijd de klok rond geslapen, en dat zonder hoesten! En vandaag doe ik het nog even rustig aan door in een cafeetje dit blog te tikken… Over een paar dagen herenig ik weer met Nardu in Quito en daarna steken we de grens over naar Colombia!
Feliz año!
Veel liefs,
Mayo
SCHRIJF ALS EERSTE EEN REACTIE